vrijdag 3 oktober 2014

Het kabouteren van de fluit


Vorige week vertelde ik hoe de kinderen beginnen met bouwen: een bamboebuis uitzoeken, tussenschot weg vijlen, venster, kanaal en vensterbank maken.  Nu ga ik beschrijven hoe ik de fluit verder gebruiksklaar maak. In bamboekringen heet dat "kabouteren".

Als de kurk in de fluit past, moet er nog een klein vlakje afgesneden worden. Dat vlakje sluit precies aan op het kanaal. Als je de fluit op je onderlip legt en je bovenlip er iets overheen en blaast.........  dan hoor je een toon. Die toon ga ik thuis optimaliseren d.w.z. alles controleren: kanaal, vensterbank en kijken of de kurk de buis goed afsluit.




Een passende kurk zoeken
Een klein vlakje van de kurk afsnijden


De kurk passend maken aan het mondstuk
Voor de kinderen is het moeilijk om een strakke rechthoek te maken. Het is heel lastig om gelijke druk te geven met de vijl. Het venster heeft soms de vorm van een ovaal of van een trapezium. Dat maak ik strak rechthoekig zonder het venster groter te maken. Bij het vijlen van het kanaal is de ene kant vaak dieper dan de andere kant.  Zo kijk ik ook de vensterbank na. Soms moet ik de kurk nog iets uithollen.

Bamboe is niet altijd kogelrond. Als ik door de fluit kijk zie ik naast het licht van het venster nog andere kieren. Die maak ik dicht met behulp van tape of plakvilt. Als de kwaliteit van de toon goed is, ben ik klaar voor de volgende stap. Dan kan de kurk afgezaagd worden en passend gemaakt aan het mondstuk.

Als alle 15 fluiten nagekeken zijn, ben ik twee-en-een-half uur verder.

Bea Kloosterman

Geen opmerkingen:

Een reactie posten