Zó groot waren de gaten. Alleen de schuin-gelegde vingers konden de gaten sluiten. |
Ik maak een zaagsnede boven het gat van de G en één onder het gat van de E. De diepte van de beide zaagsnedes moet gelijk zijn. Met een mes splijt ik eerst de ene kant van het ingezaagde stuk en dan de andere kant totdat het stuk "los"springt. Nu zit er een langwerpig gat in de fluit. Ik zoek een stukje bamboe met dezelfde ronding en met dezelfde dikte als het bamboe van de fluit. Daaruit zaag ik een rechthoek die even hoog is als het gat. Met een vijl maak ik de zijkanten mooi plat zowel van de fluit als van het inzetstuk. Met 2-componentenlijm bevestig ik het stuk in de fluit.
Na het drogen worden de nieuwe gaten hoger geplaatst: het gat van de E ongeveer op de plaats van de Fis en het gat van de Fis ongeveer op de plaats van de G. Het gat van de G komt daarboven. De gaten zijn nu veel kleiner en ik kan ze gemakkelijk dicht doen. Bij het bouwen van een fluit geldt in het algemeen de regel: hoe hoger op de fluit, hoe kleiner de gaten.
Nu kunnen de gaten gemakkelijk gesloten worden. |